Droppings te Azelo – (horen, zien, zwijgen)
Als er iets met een geheimzinnig waas omgeven was dan zijn het wel de droppings die in Azelo plaatsvonden. Bijna iedereen in Azelo wist dat er zich in de periode van rond de jaarwisseling van 1943-1944 tot september 1944 ’s nachts vreemde dingen afspeelden, maar iedereen zweeg, dat was het veiligste. Men hoorde, zag en zweeg!

Het verhaal over de droppings werd in 1990 opgetekend voor een boekje over de oorlog in Ambt-Delden. Mensen waarvan we weten dat ze bij deze droppings betrokken waren: Berend J. Laarhuis uit Azelo, Tony Kroeze uit Zenderen en lid van de groep Hilbrink, en pater Hillenaar die vanuit de Zwanenhof in het verzet zat. De wapendroppings voor de verzetsgroepen Hilbrink uit Zenderen en Visser uit Wierden vonden plaats bij het Goormeen, dicht bij deze zessprong, de plek waar 6 wegen bij elkaar komen waaronder de Schievenweg en de Blokstegenweg.
Seinlampen om het droppingsveld te markeren, evenals elektrische zaklantaarns en carbidlampen werden geleend van de firma Tinselboer uit Zenderen, die daardoor risico liep te worden doodgeschoten.

In dit soort containers werden de wapens afgeworpen. Dit is een foto van een andere dropping, bron: johannesterhorst.nl

De gedropte goederen werden door Laarhuis vervoerd met kar en paard naar een bijgebouw in de Zwanenhof, dat in die tijd gebruikt werd als pompinstallatie voor de watervoorziening van het retraitehuis. Daar werden de wapens op een zolder opgeslagen.
De kar waar de wapens op vervoerd werden, werd perfect gesmeerd. Piepen of speling van de wielen was niet wenselijk; smeren en opvullen met sluitringen was het parool.
Het paard was buitengewoon mak. Hij zette zich alleen in beweging als Laarhuis daar opdracht toe gaf en bleef zo nodig urenlang staan. Echter, het paard was een spierwitte schimmel en moest worden gecamoufleerd. Derhalve werd, vermoedelijk door pater Hillenaar, een zwarte mantel vervaardigd die het paard, inclusief hoofd en benen, bedekten.
De grap werd gemaakt dat Hillenaar zelfs van een paard een pater kon maken.
Na de ontmanteling van huize Lidwina op 23 september 1944 waren geen droppings meer mogelijk.
Telkens kwamen nadien de SD en de landwacht huiszoekingen doen. Er werd echter niets gevonden. Hulpzoekenden voor onderdak moesten vanuit hier snel naar plekken buiten deze omgeving naar onderduikadressen worden gebracht.

 Foto: aircrewremembered.com

Deze oorkondes kreeg Berend Laarhuis voor het in veiligheid brengen van geallieerde piloten, Foto: Gerard Laarhuis, kleinzoon

Berend Laarhuis, Bron: Hennie Noordhuis

Bronnen:

Het boekje Ambt-Delden 1940-1945, uitgave 21 mei 1990.
Stad en Land, mededelingenblad Twente Akademie jaargang 6 no 2, artikel: Twente zwart op wit, door Dr A. Fuldauer, medewerker documentatie archeologie.
50 jaar De Zwanenhof 1927-1977, publicatie van o.a J. Schuurman, B.J.F. Wennekink uit 1986.